Hartstichting.nl wordt geladen

Hartklep repareren

Het repareren van de hartklep heeft minder kans op complicaties. Daarom is dat de eerste keuze. Bij het repareren van de klep probeert de arts de klep zo goed mogelijk in de oorspronkelijke vorm terug te brengen.

Voorbeelden van reparaties aan de hartklep zijn:

  • verwijderen verkalkingen
  • losmaken van vergroeide hartkleppen
  • het verkleinen van een uitgerekte klepring
  • uitgezakte klepslippen herstellen
  • oprekken van een vernauwde klep met een ballonnetje
  • Soorten hartkleppen

    Bij het vervangen van de hartklep zijn er 2 mogelijkheden: een mechanische klep of een biologische klep. Bekijk de voor- en nadelen of gebruik de keuzehulp.

    Mechanische hartkleppen

    ​Mechanische kleppen zijn gemaakt van kunststof en metaal of koolstof.

    Voordelen 

    • nauwelijks slijtage
    • klep gaat meestal levenslang mee

    Nadelen

    • levenslang gebruik van antistollingsmedicijnen
    • sommige kleppen maken een tikkend geluid

    Biologische klep

    Er zijn 2 soorten biologische kleppen. Ze zijn gemaakt van dierlijk materiaal of het zijn donorkleppen van mensen.

    Voordelen

    • geen levenslange antistolling nodig (wel nog eerste 3 maanden na de operatie)
    • de klep lijkt meer op de eigen klep dan een mechanische klep
    • ze maken geen geluid

    Nadelen

    • beperkte levensduur, vervanging is nodig: na ongeveer 10 tot 20 jaar
    • schaarste van menselijke donorkleppen

    Donorkleppen zijn schaars, niet alle maten zijn direct beschikbaar. En vooral bij jongere patiënten is later vaak opnieuw een hartklepoperatie nodig.

  • Keuzehulp bij vervangende hartklep

    Krijg jij een nieuwe aorta- of mitralisklep en weet je nog niet welke klep voor jou het meest geschikt is? Gebruik dan de digitale keuzehulp (eerst inloggen). Hiermee zet je de diverse mogelijkheden voor het vervangen van de hartklep op een rij. Het helpt om het gesprek met je arts goed voor te bereiden en samen een goede keuze te maken.

Openhartoperatie

Een hartklep vervangen gebeurt vaak via een openhartoperatie. Hierbij opent de chirurg het borstbeen, zodat het hart vrij komt te liggen. Je wordt tijdens de operatie aangesloten op de hart-longmachine. Zo kan de chirurg de ingreep op een stilstaand hart uitvoeren. Deze machine zorgt voor zuurstof en voeding voor het lichaam. Gemiddeld duurt een operatie 3 tot 5 uur.

Klepvervanging via een kleinere opening

Soms is het mogelijk om de aortaklep te vervangen via een kleinere opening. De voordelen hiervan zijn: 

  • geen grote borstwond, het borstbeen wordt niet geopend
  • geen hartlongmachine nodig, het hart wordt niet stilgelegd
  • sneller herstel

Deze behandeling is niet voor iedereen geschikt. De behandeling is nog niet standaard. De gevolgen op de lange termijn zijn nog niet duidelijk.

Aortaklep

Wanneer de aortaklep via een kleinere opening wordt uitgevoerd, gebeurt dit meestal via de lies. Bij deze behandeling rekken ze de oude klep met een ballonnetje op en drukken die opzij. Daarna wordt de biologische opgerolde klep via een katheter in de oude klep gebracht en uitgevouwen. De ingreep duurt ongeveer 2 tot 3 uur, soms langer.

Meestal blijf je nog zo'n 5 tot 10 dagen in het ziekenhuis. Thuis moet je in de eerste week rustig aan doen en opletten met tillen en zwaar werk. Er zijn drie manieren: 

  • Vervangen aortaklep via de lies (TAVI)

    Het vervangen van de aortaklep via de lies heet ook wel TAVI (Transcatheter Aortic Valve Implantation). De ingreep kan plaatsvinden via de lies (katheterbehandeling) of via een kleine opening onder het sleutelbeen.

    Voor de ingreep komt slechts een beperkte groep patiënten in aanmerking. Deze behandeling is inmiddels standaard voor patiënten met een ernstige aortaklepvernauwing en/of een verminderde functie van de linkerhartkamer of voor wie de operatie te risicovol is.

  • Vervangen aortaklep via de punt van het hart

    Aortaklepvervanging via de punt van het hart is een andere mogelijkheid. De arts brengt via de lies katheters in voor contrastvloeistof, het meten van de druk of een pacemakerdraad. De chirurg brengt een kleine snee (5 cm) aan in de linkerkant van de borstkas. Ook in de punt van het hart wordt een kleine snee gemaakt.

    De chirurg brengt de vervangende klep via de punt van het hart naar de plaats van de eigen aortaklep. Vervolgens ontplooit hij de nieuwe klep met een ballon. Het is niet noodzakelijk om de eigen aortaklep te verwijderen.

  • Vervangen aortaklep via bovenkant borstbeen

    Een andere manier om de hartklep te vervangen is via de bovenkant van het borstbeen. Hier maakt de chirurg een kleine snee (4 - 6 cm). Tegelijkertijd brengt de cardioloog via de lies een pacemakerdraad naar het hart en meestal via de andere lies een extra katheter om metingen te kunnen doen en contrastvloeistof toe te dienen.

    Voordat de opgevouwen nieuwe hartklep ingebracht kan worden, moet eerst de oude hartklep met een speciaal ballonnetje opgerekt worden. Als de klep op zijn plaats zit en goed werkt, wordt de katheter verwijderd.

Risico's en complicaties

​Risico’s en complicaties van klepvervanging via een kleinere opening zijn:

  • kans op hartritmestoornissen: uit voorzorg wordt een tijdelijke pacemaker geplaatst
  • een bloeding in het hartzakje
  • een bloeding in de liesslagader
  • koorts

De ingreep via een kleinere opening wordt vaker gedaan bij patiënten die ook nog een andere hartproblemen hebben of of bijvoorbeeld een long- of nierziekte. Het risico op ernstige complicaties is daarom iets hoger.

Mitralisklep

Het vervangen van de mitralisklep via een kleine opening kan dit via de lies of via kleine opening in het borstkas. 

  • MitraClip plaatsen

    Via een katheterbehandeling via de lies kan de arts een mitralisclip plaatsen. De mitralisclip of mitraclip is een soort klemmetje dat er na plaatsing voor zorgt dat de lekkage vermindert. De clip wordt ingebracht en geplaatst met behulp van een katheter via de lies. De mitralisclip wordt gebruikt voor mensen met een lekkende mitralisklep die te zwak zijn voor een grote operatie. Na het plaatsen van de klip is de lekkage niet helemaal verholpen, maar de symptomen nemen wel af.

  • Vervangen klep via 'sleutelgat' (MIMC)

    Het vervangen van de mitralisklep via een kleine opening (sleutelgat) heet ook wel Minimaal Invasieve Mitraalklep Chirurgie of MIMC.

    Voor deze ingreep aan de mitralisklep maakt de chirurg een relatief kleine snede in de rechterborstplooi en opent de borstholte, een soort sleutelgat. Er wordt een camera in de borstholte geplaatst om de chirurgen tijdens de operatie te ondersteunen met beelden. Bij deze ingreep moet het hart stil gelegd worden en is een hartlongmachine nodig. De chirurg repareert of vervangt de klep via de linkerboezem. Er wordt een tijdelijke pacemakerdraad op de onderwand van de rechterkamer gehecht.

    De ingreep aan het hart verloopt hetzelfde als de openhartoperatie, en ook de resultaten zijn vergelijkbaar. Het grootste verschil is dat de opening in de borstkas kleiner is. Je hebt hierdoor na de operatie minder pijn en herstelt sneller. Een bijkomend voordeel is dat de littekens kleiner zijn.

    Voor wie?

    In principe komen alle patiënten die een operatie aan de mitralisklep moeten ondergaan in aanmerking voor deze ingreep. Ook ingrepen aan de tricuspidaalklep zijn op deze manier mogelijk. De aortaklep is op deze manier niet bereikbaar. De cardiochirurg beslist samen met de patiënt op welke manier de operatie plaatsvindt.

Thuis na een hartklepoperatie

Eenmaal thuis na een hartklepoperatie duurt het even voordat je weer de oude bent.

  • Wanneer arts waarschuwen?

    Na thuiskomst kun je last houden of krijgen van klachten. Bel je huisarts of cardioloog bij:

    • koorts (boven 38,5 graden)
    • verergeren van pijn aan de operatiewond
    • snelle of onregelmatige hartslag of toenemende kortademigheid
    • pijn op de borst zoals voor de operatie
    • toenemend hoesten en het opgeven van slijm

    Bij klachten is het het beste om eerst de huisarts bellen. Neem in noodgevallen of bij twijfel contact op met de eigen cardioloog of het hartcentrum. Vraag bij het ontslaggesprek in het ziekenhuis wie en wanneer je moet bellen.

  • Opbouw dagelijkse activiteiten

    De eerste 6 weken mag je geen zware dingen tillen of kracht zetten. Pas op met zwaardere klussen in huis zoals stofzuigen, boodschappen tillen, grasmaaien etc. Regel vooraf thuiszorg als niemand deze werkzaamheden over kan nemen. Het advies is om de eerste 7 dagen na de operatie niet alleen te zijn.

    Bouw de dagelijkse activiteiten langzaam op:

    • een stukje wandelen in eigen tempo; loop steeds iets verder als je geen klachten hebt
    • fietsen mag meestal 4 tot 6 weken na de operatie, op een hometrainer iets eerder
    • begin met licht huishoudelijk werk
    • vermijd stressvolle situaties en spanning

    De eerste weken mag je niet (intensief) sporten. Overleg met je cardioloog wanneer dit weer mag. Dit is afhankelijk van het herstel en de conditie voor de operatie.

  • Seksualiteit

    De inspanning van vrijen is te vergelijken met het oplopen van 2 trappen, fietsen of tuinieren. Als deze activiteiten geen klachten geven, dan vormt vrijen ook geen risico voor het hart. Vrijen na een grote operatie is soms even wennen en anders dan voorheen. Dat komt deels ook doordat sommige medicijnen zorgen voor erectieproblemen of een droge vagina.

  • Autorijden

    Heb je kort geleden een hartklepoperatie gehad? Dan ben je misschien nog sneller moe of heb je pijn op de plek van de operatiewond. Hierdoor reageer je mogelijk minder goed. Dat kan gevaarlijk zijn. Voor jezelf en voor andere mensen in het verkeer. Daarom gelden er extra regels als je weer wil autorijden. Soms is een keuring door het CBR nodig voordat je de weg weer op mag. Bespreek dit met je cardioloog. 

    Tip! Mag je weer rijden? Vraag dan de eerste keer iemand mee, kies een rustige tijd uit en rijd een bekende route. Zo krijg je weer vertrouwen.

  • Hartrevalidatie

    Na een hartklepoperatie is hartrevalidatie zinvol. Hartrevalidatie bestaat uit:

    • sport- en spelactiviteiten om de lichamelijke conditie op te bouwen
    • voorlichting over gezonde leefstijl
    • psychosociale ondersteuning

    De verwijzing hiervoor krijgt je van de cardioloog. Door deel te nemen leert je je eigen grenzen kennen, verbetert de conditie en vermindert de angst voor inspanning. 

  • Weer aan het werk

    Vaak kun je na een tijdje je werk weer oppakken. Met de bedrijfsarts bespreek je op welke manier en wanneer je weer aan het werk gaat. Lukt het uiteindelijk toch niet om je oude functie uit te oefenen, bespreek dan met de werkgever of minder uren of een aangepast takenpakket mogelijk is.

Stel je vraag aan onze voorlichters

  • Chat via de chatknop onder in beeld (10.00 tot 16.30 uur)
  • Bel met een voorlichter: 0900 3000 300 (9.00 - 13.00 uur, € 0,05 per minuut)

We zijn bereikbaar van maandag t/m donderdag