Hartstichting.nl wordt geladen

Strenge selectie

De selectieprocedure voor een Dekkerbeurs is streng: er wordt gekeken naar de kwaliteit van de onderzoeker én de kwaliteit van het onderzoek. Met de beurzen stelt de Hartstichting de onderzoekers in staat om zich langdurig bezig te houden met wetenschappelijk onderzoek naar hart- en vaatziekten. Daarmee kunnen ze een volgende stap in hun carrière als onderzoeker maken. De Dekkerbeurs helpt hen een eigen onderzoekslijn op te zetten en uit te bouwen.

Sneller oplossingen voor patiënten

Wetenschappelijk onderzoek is hard nodig om te voorkomen dat mensen overlijden of ziek en steeds zieker worden door hart- en vaatziekten. Met haar persoonsgebonden Dekkerbeurzen probeert de Hartstichting daarom toptalent aan het hart- en vaatziektenonderzoek te verbinden. Een Dekkerbeurs helpt onderzoekers hun eigen onderzoekslijn op te zetten en uit te bouwen.

Ynte Ruigrok, UMC Utrecht

Levensgevaarlijke hersenvliesbloedingen voorkomen.

Portret onderzoeker Ynte Ruigrok van UMC Utrecht
  • Wat gaat Ynte Ruigrok precies onderzoeken?

    Drie op de honderd Nederlanders heeft een hersen-aneurysma: een plaatselijke verwijding van een slagader in het hoofd. Het bloedvat is op de plek van de verwijding minder stevig en kan uiteindelijk zelfs barsten.

    Ernstige beperkingen

    De hersenvliesbloeding die dan ontstaat is een ernstige aandoening: na drie maanden is één op de drie patiënten overleden en van de mensen die het overleven heeft de helft naderhand last van ernstige beperkingen.

    Maar liefst 65% van de mensen die een hersenvliesbloeding krijgen is vrouw. Neuroloog en onderzoeker dr. Ynte Ruigrok gaat de aankomende vijf jaar onderzoeken hoe dit komt. “Ik wil de oorzaken die ervoor zorgen dat de ziekte vaker bij vrouwen voorkomt ontrafelen. Zo krijgen we een beter beeld van de risicofactoren voor vrouwen én voor mannen.”

    Mogelijk unieke risicofactoren bij vrouwen

    Ondanks het verschil in risico op de ziekte tussen mannen en vrouwen, is de manier waarop artsen voorspellen wie een hoge kans heeft op een hersen-aneurysma en een hersenvliesbloeding gelijk voor beide geslachten.

    Ruigrok: “We weten bijvoorbeeld al dat mensen die roken en een hoge bloeddruk hebben meer risico lopen, maar niet of roken en hoge bloeddruk een even sterke invloed hebben bij vrouwen en mannen. En mogelijk zijn er risicofactoren die alleen bij vrouwen een rol spelen. Hoe meer risicofactoren we kennen, hoe beter we straks kunnen voorspellen welke mensen een hoog risico op hersenvliesbloedingen hebben.” 

    Het doel is om mensen met een hoog risico preventief te onderzoeken op de aanwezigheid van een hersen-aneurysma. Dat kan met een scan van de bloedvaten van het hoofd. Een arts kan het aneurysma vervolgens met een operatie afsluiten waardoor het geen hersenvliesbloeding meer kan veroorzaken. Op dit moment doen artsen dat al bij familieleden van mensen die een hersenvliesbloeding hebben gehad. Ruigrok: “Dit is een hele duidelijke en goed op te sporen groep mensen met een verhoogd risico. Ik wil ervoor zorgen dat we straks ook bij andere mensen met een hoog risico het aneurysma vroegtijdig op kunnen sporen.” 

    Levensgevaarlijke hersenvliesbloedingen voorkomen

    Ruigrok gaat onder andere kijken naar genetische factoren, leefstijl, hormonale factoren en de grootte en vorm van hersenbloedvaten. Uiteindelijk gaat ze hiermee twee risico-modellen maken: een voor mannen en een voor vrouwen. “Hiermee kan ik dan mensen aanwijzen met een laag en een hoog risico op hersenvliesbloedingen. De mensen met een hoog risico kunnen dan in de toekomst door hun huisarts naar het ziekenhuis verwezen worden voor een scan. Zo kunnen we enorm veel levensgevaarlijke hersenvliesbloedingen voorkomen.”

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Clinical Established Investigator
    • Bedrag: 770.000 euro
    • Looptijd: 5 jaar
    • Waar: UMC Utrecht

Ralf Harskamp, Amsterdam UMC

Risicoscore voor hartinfarct.

Portret onderzoeker Ralf Harskamp Amsterdam UMC
  • Wat gaat Ralf Harskamp precies onderzoeken?

    Huisarts en senior onderzoeker dr. Ralf Harskamp wil met zijn onderzoek huisartsen helpen om beter te kunnen inschatten of iemand met pijn op de borst een hartinfarct heeft. Dit gaat hij doen met behulp van een snelle bloedtest en risicoscore op huisartsenposten in meerdere regio’s. Zo kunnen huisartsen de juiste mensen snel doorsturen naar het ziekenhuis.

    Risicoscore

    Pijn op de borst is een van de meest voorkomende klachten waarmee mensen naar de huisartsenpost gaan. Meestal komt het door pijn aan de borstspieren, de ribben of de slokdarm. Maar in sommige gevallen heeft iemand een levensbedreigend hartinfarct. Dan moeten ze met spoed naar het ziekenhuis.

    Op dit moment is er alleen geen goede test beschikbaar voor de huisarts om snel te weten of de pijn door een hartprobleem komt. Huisarts en senior onderzoeker dr. Ralf Harskamp wil een hulpmiddel ontwikkelen waarmee huisartsen dit in de toekomst wél snel te weten kunnen komen. Hij combineert hiervoor een snelle bloedtest en een risicoscore. De bloedtest kan met een prikje in de vinger binnen enkele minuten vertellen of het hart beschadigd is.

    Beslishulp voor alle huisartsen

    De risicoscore is een soort vragenlijst over de klachten, leeftijd, het geslacht en eerdere gezondheidsproblemen van de patiënt. Harskamp: “Ik hoop dat huisartsen met de uitslag van de bloedtest en de risicoscore beter kunnen inschatten of iemand wel of geen acuut hartprobleem heeft. Zo kunnen we patiënten in de toekomst meer zekerheid bieden. Alleen de mensen die snelle hartzorg nodig hebben sturen we dan met spoed door voor behandeling in het ziekenhuis.”

    Harskamp gaat zijn onderzoek de aankomende vier jaar samen met collega huisartsonderzoekers uitvoeren op huisartsenposten in de regio’s Amsterdam, Leiden, Den Haag en Noord-Limburg. De huisartsen en het personeel op deze locaties doen bij elke patiënt met pijn op de borst de bloedtest. Ook vullen ze steeds een aantal verschillende vragenlijsten in.

    De patiënt wordt vervolgens verder geholpen volgens de beste inschatting van de arts, die in deze fase nog niet naar de uitslag van de tests kijkt. Harskamp en zijn collega’s kijken in de weken daarna welke patiënten er daadwerkelijk een acuut hartprobleem hadden en welke combinatie van bloedtest en risicoscore dit het best had kunnen voorspellen. Deze informatie gebruiken ze vervolgens om de beslishulp te maken. In een volgende fase zullen ze deze verder ontwikkelen en beschikbaar maken voor alle huisartsen.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Senior Clinical Scientist
    • Bedrag: 460.000 euro
    • Looptijd: 4 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Christiaan Meuwese, Erasmus MC

Veiliger gebruik van de hartlongmachine.

Portret onderzoeker hristiaan Meuwese, Erasmus MC
  • Wat gaat Christiaan Meuwese precies onderzoeken?

    Cardioloog en intensivist dr. Christiaan Meuwese gaat verschillende technieken en medicijnen onderzoeken om het gebruik van de hartlongmachine voor langdurige toepassing (ECMO) veiliger te maken. Zo krijgt iedereen straks de behandeling die voor diegene op dat moment het beste is en overleven straks meer mensen deze risicovolle behandeling met minder kans op ernstige problemen.

    Extra bloedsomloop buiten het lichaam

    Een hartlongmachine voor langdurige toepassing (ECMO) is het laatste redmiddel waarmee artsen mensen met ernstige hartproblemen in leven kunnen houden. Het bloed wordt met een bloedpomp het lichaam uitgezogen waarna het door een kunstlong voorzien wordt van zuurstof. Daarna pompt de machine het bloed weer terug het lichaam in.

    Er is dus tijdelijk een extra bloedsomloop buiten het lichaam die de functie van het hart en de longen overneemt. De arts kan tijdens gebruik van de hartlongmachine het hart van de patiënt behandelen. Als dit is gelukt, schakelt de arts zo snel mogelijk terug naar de normale bloedsomloop.

    Welke techniek?

    Per jaar lopen ongeveer 8.500 mensen in Nederland het risico zo’n hartlongmachine nodig te hebben. De behandeling is niet zonder risico. Ongeveer de helft van de mensen sterft alsnog. Ook is er risico op ernstige problemen zoals een hersenbloeding of herseninfarct.

    Er zijn een aantal technieken en medicijnen die kunnen helpen het hart zo gezond mogelijk te maken en te houden tijdens en direct na het gebruik van de hartlongmachine. Op dit moment weten artsen alleen niet welke techniek of medicijn het beste werkt in welke situatie. Cardioloog en intensivist dr. Christiaan Meuwese gaat dit in kaart brengen.

    Registratie gebaseerd onderzoek

    Dat gaat hij doen met registratie-gebaseerd onderzoek, een nieuwe vorm van onderzoek waarbij patiënt- en behandelgegevens uit heel Nederland worden gebruikt. Met de meeste onderzoeken kun je maar één vraag beantwoorden. Is behandeling A of behandeling B beter voor de patiënt? Registratie gebaseerd onderzoek geeft veel meer mogelijkheden.

    Meuwese: “Ik begin met de klassieke vraag: A of B, maar kan tijdens het onderzoek extra vragen toevoegen. In welke situatie werkt A beter? En B? En wat gebeurt er als je medicijn C nog toevoegt? Zo groeit het onderzoek mee met de bevindingen en ontwikkelingen en kan ik in 4 jaar veel meer vragen beantwoorden. Ik wil op deze manier zorgen dat iedereen straks de behandeling krijgt die voor diegene op dat moment het beste is. Zo overleven straks meer mensen de behandeling met minder risico op ernstige problemen.”

    Meuwese werkt de aankomende jaren samen met twaalf grote ziekenhuizen die samen ongeveer 90% van alle behandelingen met hartlongmachines doen.

  • Over de beurs

    Soort beurs: Senior Clinical Scientist
    Bedrag: 460.000 euro
    Looptijd: 4 jaar
    Waar: Erasmus MC Rotterdam

Nina Hilkens, Radboud UMC

Is levenslang plaatjesremmers na een herseninfarct altijd nodig?

portret onderzoeker Nina Hilkens, Radboud UMC
  • Wat gaat Nina Hilkens precies onderzoeken?

    Is levenslang plaatjesremmers na een herseninfarct altijd nodig?

    Dr. Nina Hilkens, epidemioloog en arts in opleiding tot neuroloog gaat onderzoeken of iedereen na een herseninfarct wel levenslang plaatjesremmers nodig heeft, medicijnen tegen bloedpropjes. Op dit moment krijgen alle patiënten dezelfde behandeling, ongeacht hun leeftijd, geslacht, de oorzaak van hun herseninfarct en de kans op een nieuw herseninfarct. Bij sommige mensen wegen de voordelen mogelijk niet op tegen de nadelen.

    Bloedingen

    Veel mensen krijgen na een herseninfarct voor de rest van hun leven plaatjesremmers voorgeschreven. Dit om een volgend herseninfarct te voorkomen. Door deze medicijnen kleven bloedplaatjes minder goed aan elkaar en ontstaan er minder snel bloedstolsels.

    Als bijwerking kunnen bloedplaatjesremmers echter ook bloedingen veroorzaken, soms zelfs gevaarlijke. Vooral bij jonge vrouwen en ouderen kan het risico op bloedingen hoger zijn.

    Veilig stoppen

    Nina Hilkens gaat de komende jaren onderzoek doen bij mensen met een herseninfarct bij wie de oorzaak niet in het hart ligt. “Het is de vraag of de voordelen van levenslang gebruik van plaatjesremmers bij een deel van deze mensen wel opwegen tegen de nadelen”, legt Hilkens uit.

    “Dit gaat met name om jonge mensen (onder de 50 jaar) bij wie geen oorzaak wordt gevonden voor hun herseninfarct en ouderen met een hoog risico op bloedingen. Mogelijk kan een deel van deze patiënten veilig stoppen met plaatjesremmers om bloedingen te voorkomen.”

  • Over de beurs

    Soort beurs: Clinical Scientist
    Bedrag: 212.000 euro
    Looptijd: 3 jaar
    Waar: Radboud UMC

Job Verdonschot, Maastricht UMC

Hoe groot is de kans op hartspierziekte bij familie van patiënt?

Portret onderzoeker Job Verdonschot Maastricht UMC
  • Wat gaat Job Verdonschot precies onderzoeken?

    Hoe groot is de kans op hartspierziekte bij familie van patiënt?

    Wat is mijn risico op hartfalen of een hartstilstand? Dat willen veel eerstegraads familieleden van patiënten met de hartspierziekte dilaterende cardiomyopathie graag weten. Job Verdonschot, arts in opleiding tot klinisch geneticus, gaat onderzoeken hoe beter te voorspellen is of zij ook ziek kunnen worden.

    Levensbelang

    Hartspierziekten kunnen ontstaan door erfelijke oorzaken. Daardoor komen ze vooral in bepaalde families voor. Ze kunnen ernstig hartfalen en/of een hartstilstand veroorzaken. Het is van levensbelang om deze ziekten op tijd te ontdekken. Daarom krijgen ook eerstegraads familieleden van patiënten het advies om hun hart regelmatig te laten onderzoeken.

    “Of en wanneer familieleden ziek worden, is helaas nog niet te voorspellen”, legt  Verdonschot uit. “Velen van hen staan levenslang onder controle bij de cardioloog. De spanning dat een ernstige ziekte ook hen kan treffen zorgt voor veel angst en onzekerheid. En vaak is dat onnodig, want lang niet iedereen wordt ziek.”

    Kleine veranderingen in het hart

    De onderzoeker van Maastricht UMC+  wil daarom beter kunnen voorspellen welke eerstegraads familieleden een grote kans lopen om ziek te worden. Dit doet hij door drie onderzoeken te combineren: kleine veranderingen in het hart opsporen op echobeelden, hartfilmpjes analyseren en het erfelijk materiaal onderzoeken.

    Hij hoopt zo te ontdekken welke familieleden een hoog risico hebben op deze ziekten. Artsen moeten deze mensen goed in de gaten houden. Familieleden met een laag risico kunnen ze juist geruststellen. Voor hen is levenslange controle dan niet meer nodig.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Clinical Scientist
    • Bedrag: 245.000
    • Looptijd: 3 jaar
    • Waar: Maastricht UMC+

Anke Tijsen, Amsterdam UMC

Stukjes DNA herschrijven om het hart weer gezond te maken.

portert onderzoeker Anke Tijsen Amsterdam UMC
  • Wat gaat Anke Tijsen precies onderzoeken?

    Ongeveer 4000 mensen in Nederland hebben een ernstige vorm van hartfalen die niet te behandelen is met de gebruikelijke medicijnen. Dr. Anke Tijsen gaat dit probleem bij de oorzaak aanpakken. Ze wil de stukjes DNA die bij deze patiënten foutjes bevatten vervangen door nieuwe stukjes. Zo herschrijft ze het DNA om het hart weer gezond te maken.

    Tijsen wil de stukjes DNA die bij deze patiënten foutjes bevatten vervangen door nieuwe stukjes. Tijsen: “Het is te vergelijken met een stuk tekst dat allerlei taalfouten kan bevatten. Als de fouten ernstig genoeg zijn wordt het stuk onleesbaar. Ik wil de fouten verbeteren.”

    Herschrijven van DNA

    Wetenschappers hebben al eerder kleine stukjes DNA aangepast, vergelijkbaar met het aanpassen van één letter. Het lastige is, dat de foutjes bij elk van die 4000 mensen weer op andere plaatsen in de tekst zitten. Voor elke patiënt zouden onderzoekers dus weer een nieuwe behandeling moeten ontwikkelen.

    Tijsen gaat daarom iets nieuws doen. “Ik wil een groot deel van de tekst in één keer vervangen door een goede tekst. Zo kan ik één behandeling ontwikkelen waarmee artsen heel veel mensen kunnen genezen. Ik herschrijf een deel van het DNA van deze mensen om hun harten weer gezond te maken.”

    Tijsen gaat hiervoor gebruik maken van menselijke stamcellen waarvan ze hartspiercellen maakt. Die houdt ze in leven in een laboratoriumschaaltje. In deze cellen kan ze het DNA aflezen en testen of ze het kan herschrijven. Als haar plan lukt is het een echte doorbraak en mooie eerste stap richting het genezen van onbehandelbare hartziekten.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Senior Scientist
    • Bedrag: 490.000 euro
    • Looptijd: 4 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Jorien Treur, Amsterdam UMC

Hoe beïnvloeden mentale klachten en hart- en vaatziekten elkaar?

Portret onderzoeker Jorien Treur Amsterdam UMC
  • Wat gaat Jorien Treur precies onderzoeken?

    Geneticus en epidemioloog dr. Jorien Treur wil uitzoeken hoe mentale klachten en hart- en vaatziekten elkaar beïnvloeden. Mensen met hart- en vaatziekten hebben een hoger risico op stress, angst en depressie.

    Deze psychische klachten zijn niet alleen mentaal heel vervelend, maar lijken de hart- en vaatziekten ook te verergeren. Maar wat is oorzaak en wat is gevolg? Psychiater en epidemioloog dr. Jorien Treur wil dit uitzoeken.

    Relatie mentale gezondheidsproblemen en hart- en vaatziekten

    Treur: “Het zou zo kunnen zijn dat het hebben van hart- en vaatziekten leidt tot mentale gezondheidsproblemen, maar het zou ook kunnen zijn dat mentale gezondheidsproblemen het risico op hart- en vaatziekten verhogen.” Om dit uit te zoeken gaat ze aan de slag met een aantal grote collecties van patiëntgegevens die verzameld zijn over meerdere jaren. Zo kan ze zien welke van de aandoeningen eerst ontwikkelt en welke daarna.

    Daarnaast gaat zij met behulp van vernieuwende genetische methoden onderzoeken hoe de relatie tussen hart- en vaatziekten en mentale klachten tot stand komt. Hoe kan het nou precies dat het één leidt tot het ander? Een aantal dingen die een rol zouden kunnen spelen zijn roken, lichaamsbeweging en BMI. Maar ook sociale factoren zoals eenzaamheid en het wel of niet hebben van sociale steun gaat Treur bestuderen.

    Juiste steun en begeleiding

    “Als het me lukt om te bepalen hoe de ene ziekte de andere beïnvloedt, kan ik dit gebruiken om verergering te voorkomen. Als ik bijvoorbeeld zie dat depressie leidt tot ergere hart- en vaatziekten, moeten we depressieve klachten snel en goed behandelen bij mensen met hoog risico op hart- en vaatziekten. En als mensen als gevolg van hart- en vaatziekten ernstige stress en angst ontwikkelen, moeten we hen al in een vroeg stadium de juiste steun en begeleiding bieden.”

    Tijdens haar onderzoek zal Treur intensief samenwerken met patiënten, patiëntenorganisaties, cardiologen, psychologen en psychiaters. Samen kunnen ze de resultaten van dit onderzoek goed interpreteren en gebruiken om gezondheidsproblemen goed te behandelen of zelfs te voorkomen.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Senior Scientist
    • Bedrag: 490.000 euro
    • Looptijd: 4 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Sebastian Weingärtner, TU Delft

Beter meten hoe goed het hart van mensen met hartfalen werkt,

Portret onderzoeker Sebastian Weingartner TU delft
  • Wat gaat Sebastian Weingärtner precies onderzoeken?

    Dr. Sebastian Weingärtner gaat een MRI-techniek ontwikkelen waarmee artsen straks beter kunnen meten hoe goed het hart van mensen met hartfalen werkt. Hierdoor kunnen cardiologen straks ook zien wat het effect is van nieuwe medicijnen. Mogelijk kunnen ze zelfs mensen met risico op hartfalen opsporen en voorkómen dat ze echt ziek worden.

    Zuurstof

    In Nederland leven ongeveer 242.000 mensen met hartfalen. Hun hart kan niet genoeg bloed rondpompen. Bij de helft van deze mensen knijpt het hart niet krachtig genoeg en bij de andere helft is het hart te stijf. Het hart kan zich dan niet goed ontspannen en vult zich niet goed met bloed. Voor deze laatste groep mensen is er nog geen goede behandeling.

    Een belangrijke oorzaak hiervan is dat wetenschappers nog niet precies weten waardoor deze vorm van hartfalen ontstaat. Ze denken dat het komt doordat de hartspier te weinig zuurstof krijgt. Mogelijk doordat de kleine bloedvaatjes in het hart onvoldoende bloed aanvoeren, of doordat de hartspier de zuurstof niet goed gebruikt.

    Magnetisch veld

    Op dit moment kunnen artsen het zuurstofgebruik van het hart nog niet goed meten. MRI-Fysicus dr. Sebastian Weingärtner wil hier verandering in brengen en wel op een bijzondere manier. Hij gaat het effect dat zuurstof heeft op MRI-scans gebruiken.

    “Het lichaam van de patiënt maakt het magnetische veld in de MRI een beetje zwakker", legt Weingärtner uit. "Zuurstof kan het magnetische veld juist sterker maken. Meestal zorgt zuurstof daardoor voor vervelende storingen in het beeld, maar in dit geval speelt het in ons voordeel. Want door die storingen heel precies te bekijken kunnen we de hoeveelheid zuurstof in het hart meten. Zo weten we straks hoeveel zuurstof de kleine bloedvaatjes aanvoeren en hoeveel de hartspier ervan gebruikt.”

    Niet belastend

    Als hij hierin slaagt kunnen artsen straks voor het eerst meten hoe het met de hartspier gaat zonder dat dit belastend is voor patiënten. Ook kunnen ze testen wat het effect is van nieuwe medicijnen. Artsen kunnen dan mogelijk zelfs mensen met risico op hartfalen opsporen en voorkómen dat ze echt ziek worden.

  • Over de beurs

    Soort beurs: Senior Scientist
    Bedrag: 490.000 euro
    Looptijd: 4 jaar
    Waar: TU Delft

Iris Beldhuis, UMC Groningen

Hoe goed werken hartfalenmedicijnen bij patiënten die ook een slechte nierfunctie hebben of krijgen? 

Portret onderzoeker Iris Beldhuis UMC Groningen
  • Wat gaat Iris Beldhuis precies onderzoeken?

    De helft van de mensen met hartfalen heeft ook nierproblemen. Omdat veel medicijnen voor hartfalen een extra belasting zijn voor de nieren, kiest de arts er bij deze mensen vaak voor om de behandeling te stoppen of zelfs nooit te beginnen. Arts-onderzoeker Iris Beldhuis denkt dat het juist gunstig kan zijn om de behandeling te starten of voort te zetten bij patiënten met een slechte nierfunctie. Als ze dit kan bewijzen, krijgen straks veel meer hartfalenpatiënten de levensreddende behandeling die zij nodig hebben. 

    Betere gezondheid

    In Nederland leven ongeveer 242.000 mensen met hartfalen. Bij patiënten met hartfalen is de functie van het hart afgenomen, waardoor het problemen krijgt met het rondpompen van bloed. Er zijn verschillende medicijnen die het hart kunnen ontlasten en de functie kunnen verbeteren. Hierdoor kan de patiënt langer en in betere gezondheid leven.

    Wetenschappers weten nog niet hoe goed hartfalenmedicijnen werken bij patiënten met een slechte nierfunctie. Wanneer tijdens de behandeling van hartfalen de nierfunctie slechter wordt, stopt de arts daarom vaak de behandeling, of krijgt de patiënt een lagere dosis hartmedicijnen. Bij mensen die al een slechte nierfunctie hebben zal de arts er zelfs voor kiezen nooit met de behandeling te starten.

    Nieuwe medicijnen

    Onderzoeker Iris Beldhuis gaat uitzoeken hoe goed hartfalenmedicijnen werken in patiënten die ook een slechte nierfunctie hebben of krijgen. Ze denkt dat juist die mensen het meeste baat kunnen hebben bij de hartmedicijnen.

    Beldhuis: “De afgelopen jaren zijn er mooie nieuwe medicijnen tegen hartfalen ontdekt. Deze kunnen het leven van patiënten echt verbeteren. Bij de ontwikkeling van deze nieuwe medicijnen zijn we erg voorzichtig geweest, waardoor er een gat in de kennis is ontstaan als het gaat om patiënten met hartfalen en een slechte nierfunctie."

    Volgens Beldhuis is het zonde dat deze medicijnen zo weinig gebruikt worden doordat er te weinig bekend is, met name over het effect op de nieren. "Dat de nierfunctie wat slechter wordt door de behandeling kan juist betekenen dat de behandeling aanslaat. In eerder onderzoek hebben wij laten zien dat de medicijnen beter lijken te werken als het een effect heeft op de nieren, maar over de precieze werking, met name in patiënten met een erg slechte nierfunctie, is nog niks bekend. Dit gaan we met behulp van de nieuwste technieken uitzoeken.”

    Optimale behandeling

    De aankomende twee jaar gaat Beldhuis uitzoeken welke patiënten met hartfalen vatbaarder zijn voor het ontwikkelen van nierproblemen, hoe dit verschilt tussen verschillende vormen van hartfalen en tussen mannen en vrouwen, en of het ontwikkelen van nierfunctieproblemen na het starten van een behandeling gunstig is. Hiermee wil ze bereiken dat straks meer mensen met hartfalen de optimale behandeling krijgen en daardoor langer en in betere gezondheid kunnen leven.

  • Over de beurs

    Soort beurs: Junior Clinical Scientist
    Bedrag: 160.000 euro
    Looptijd: 2 jaar
    Waar: UMC Groningen

Sean Jurgens, Amsterdam UMC

Op zoek naar nog onbekende veranderingen in het DNA om beter te voorspellen wanneer deze patiënten met een hartspierziekte hartproblemen krijgen.

Portret onderzoeker  Sean Jurgens Amsterdam UMC
  • Wat gaat Sean Jurgens precies onderzoeken?

    Op jonge leeftijd een hartstilstand of hartfalen krijgen. Dat kan mensen overkomen die een verdikte hartspier hebben door de erfelijke hartspierziekte hypertrofische cardiomyopathie. Bij andere patiënten kunnen deze hartproblemen echter veel later optreden. Sean Jurgens werkt aan een risicoscore om te voorspellen wie wanneer klachten gaat krijgen.

    Niet te voorspellen

    Hartspierziekten kunnen hartfalen en/of een hartstilstand tot gevolg hebben. De helft van de patiënten met een hartspierziekte heeft een foutje in het DNA. Bij de rest is (nog) geen erfelijke oorzaak bekend. Artsen kunnen niet voorspellen hoe de ziekte bij een patiënt zal verlopen, ook niet bij mensen met een foutje in het DNA. De één krijgt al jong hartproblemen, de ander pas veel later in het leven.

    Optelsom DNA veranderingen

    Sean Jurgens gaat op zoek naar nog onbekende veranderingen in het DNA om beter te voorspellen wanneer deze patiënten hartproblemen krijgen. Dit kunnen zeldzame DNA-foutjes zijn die voor een groot risico op hartproblemen zorgen, maar ook veel voorkomende veranderingen in het DNA met maar een heel klein risico. Of en wanneer iemand ziek wordt, hangt af van de optelsom van alle foutjes en veranderingen in het DNA van een persoon.

    DNA risicoscore

    In de komende 2 jaar gaat Sean daarom het volledige DNA in kaart brengen van 500 patiënten die de hartspierziekte hypertrofische cardiomyopathie hebben. Dit vergelijkt hij met het DNA van gezonde personen. Zo hoopt hij nieuwe foutjes en veranderingen in het DNA te vinden die samenhangen met deze aandoening. Hij wil een DNA risicoscore ontwikkelen waarmee je per persoon kunt bepalen hoe groot het risico is op de hartspierziekte, hartfalen en een hartstilstand. Mensen met een groot risico kan je dan goed in de gaten houden en op tijd behandelen.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Junior Clinical Scientist
    • Bedrag: 147.000 euro
    • Looptijd: 2 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Leon Rinkel, Amsterdam UMC

Voorkomen van een nieuw herseninfarct.

Leon Rinkel, Dekkerbeurs 2023
  • Wat gaat Leon Rinkel precies onderzoeken?

    Mensen die een herseninfarct hebben doorgemaakt hebben een grote kans om er weer één te krijgen. Mogelijk komt dit doordat een stuk stolsel is achtergebleven in het hart. Dit kan losraken en naar de hersenen doorschieten. Leon Rinkel gaat onderzoeken hoe je zo’n stuk stolsel zo snel en goed mogelijk kunt opsporen en hoe vaak dit een nieuw herseninfarct veroorzaakt.

    Veel slechter aan toe

    Binnen 5 jaar heeft een kwart van alle mensen die een herseninfarct hebben doorgemaakt er opnieuw één gekregen. Binnen 10 jaar gaat het zelfs om 40%. De behandeling om een volgend herseninfarct tegen te gaan kon dit niet voorkomen. Helaas zijn mensen er na een tweede herseninfarct nog veel slechter aan toe.

    Zo snel mogelijk na eerste herseninfarct

    Een herseninfarct kan ontstaan als er van een bloedstolsel in het hart een deel afbreekt en in een hersenbloedvat terechtkomt. Als een achtergebleven stuk bloedstolsel vervolgens ook losraakt, kan er een tweede herseninfarct optreden, veronderstelt Leon. Daarom is het belangrijk om zo snel mogelijk na een eerste herseninfarct te kijken of er nog een stuk bloedstolsel in het hart zit. Leon gaat onderzoeken of dit het beste kan met een CT-scan, meteen als mensen met een herseninfarct het ziekenhuis binnenkomen.

    Mogelijk sneller antistolling nodig

    Ook wil Leon achterhalen hoeveel risico mensen met een bloedstolsel in het hart lopen op een herseninfarct. Mogelijk moeten zij heel snel na het herseninfarct antistolling krijgen om een volgend herseninfarct te voorkomen. Omdat antistolling de kans op bloedingen vergroot, is het belangrijk om te onderzoeken of het risico op een herseninfarct groter is.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Junior Clinical Scientist
    • Bedrag: 166.000 euro
    • Looptijd: 2 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Magdi​ Nagy, Maastricht UMC

Veiligere medicijnen voor patiënten die een herseninfarct hebben gehad.

Portret onderzoeker Magdy Nagy UMC Maastricht
  • Wat gaat Magdi Nagy precies onderzoeken?

    Het onderzoek van Nagy richt zich op veiligere medicijnen voor patiënten die een herseninfarct hebben gehad. Veel van hen krijgen medicijnen voorgeschreven om bloedstolsels te voorkomen. Bloedstolsels kunnen namelijk opnieuw tot een herseninfarct leiden. Deze medicijnen hebben echter een vervelende bijwerking. Ze kunnen bloedingen veroorzaken, soms zelfs gevaarlijke.

    Omvallende dominostenen

    Bloedstolsels ontstaan door ingewikkelde kettingreacties van verschillende stollingseiwitten. Zo’n kettingreactie kan je vergelijken met een rij omvallende dominostenen. Zoals dominostenen één voor één omvallen, activeert het ene stollingseiwit de volgende. Er zijn twee kettingreacties met verschillende stollingseiwitten waardoor bloedstolsels ontstaan.

    Nieuw en veiliger medicijn

    Het onderzoek van Magdi Nagy richt zich op één van deze kettingreacties. Deze veroorzaakt niet alleen bloedstolsels maar ook ontsteking. Er zijn aanwijzingen dat deze kettingreactie een rol speelt bij het ontstaan van herseninfarcten en de gevolgen ervan. Een medicijn dat deze kettingreactie onderbreekt zou een nieuw en veiliger medicijn tegen een volgend herseninfarct kunnen zijn.

    Welke stofjes werken het beste?

    Magdi gaat in het plasma en in bloedstolsels van patiënten die een herseninfarct hebben doorgemaakt meten of deze kettingreactie een rol heeft gespeeld bij hun infarct. Ook onderzoekt ze verschillende stofjes die deze kettingreactie afremmen. Ze neemt bloed af bij gezonde vrijwilligers en mensen die een herseninfarct hebben gehad. Daarin bestudeert ze welke stofjes het beste werken tegen stolsels. Vervolgens gaat ze onderzoeken of bepaalde van deze stofjes herseninfarcten kunnen tegengaan. Met dit onderzoek hoopt Magdi een stap te kunnen zetten naar veiligere medicijnen om herseninfarcten te voorkomen.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Postdoc
    • Bedrag: 279.000 euro
    • Looptijd: 3 jaar
    • Waar: Maastricht UMC+

Molly O’Reilly, Amsterdam UMC

Kunnen erfelijke veranderingen in zenuwcellen levensbedreigende hartritmestoornissen uitlokken?

Portret Onderzoeker Molly O'Reilly Amsterdam UMC
  • Wat gaat Molly O'Reilly precies onderzoeken

    Molly O’Reilly denkt dat erfelijke hartritmestoornissen niet alleen ontstaan door afwijkingen in hartspiercellen, maar ook door zenuwcellen in het hart die niet goed werken. Ze gaat onderzoeken of erfelijke veranderingen in de functie van deze zenuwcellen dit kunnen verklaren.  

    Foutjes in het DNA

    Bepaalde erfelijke hartritmestoornissen kunnen opeens een hartstilstand veroorzaken. De oorzaak van deze ritmestoornissen ligt in kleine foutjes in het DNA. Met genetisch onderzoek kunnen artsen vaststellen welke mensen zo’n DNA-afwijking bij zich dragen. Niet alle dragers krijgen echter levensbedreigende ritmestoornissen. Welke dragers veel kans lopen op deze hartritmestoornissen, is moeilijk te bepalen.

    Tot nu toe keken onderzoekers vooral naar de problemen die DNA-afwijkingen veroorzaken in hartspiercellen. Maar er lijkt bij deze hartritmestoornissen ook iets mis te zijn met de zenuwcellen die door het hart lopen.

    Zenuwcellen

    Bij mensen met deze hartritmestoornissen blijkt het autonome zenuwstelsel namelijk anders te werken. Dit deel van ons zenuwstelsel stuurt alles aan wat automatisch gebeurt in ons lichaam. Bijvoorbeeld ademhalen, het verteren van voedsel en het kloppen van je hart. Factoren zoals inspanning, emotie of slaap lokken deze hartritmestoornissen vaak uit. Ook hierbij speelt het autonome zenuwstelsel een belangrijke rol.

    Daarom gaat hart- en neurowetenschapper Molly O’Reilly zenuwcellen die door het hart lopen onderzoeken. Ze wil weten of deze cellen niet goed werken door erfelijke afwijkingen en zo ook bijdragen aan levensbedreigende hartritmestoornissen. Ook wil ze bestuderen of het mogelijk is de zenuwcellen beter te laten werken met bepaalde stofjes.

  • Over de beurs

    • Soort beurs: Post doc
    • Bedrag: 280.000 euro
    • Looptijd: 3 jaar
    • Waar: Amsterdam UMC

Bart Steensma, UMC Utrecht

Radiostethoscoop waarmee je van buitenaf kunt meten of het hart achteruitgaat.

Portret onderzoeker Bart Steensma UMC Utrecht
  • Wat gaat Bart Steensma precies onderzoeken?

    Biomedisch ingenieur en postdoc aan het UMC Utrecht Bart Steensma werkt aan een radiostethoscoop waarmee je van buitenaf kunt meten of het hart achteruitgaat. Dit maakt het mogelijk om de behandeling van patiënten met hartfalen zo vroeg mogelijk aan te passen. Zelfs voordat patiënten extra klachten krijgen.

    Juiste moment

    Een goede behandeling met medicijnen kan voorkomen dat klachten door hartfalen terugkeren of erger worden. Maar wat is het juiste moment om de medicatie opnieuw in te stellen? Vaak komen patiënten door nieuwe klachten opnieuw in het ziekenhuis terecht. Daar kunnen ze onderzoeken of het hart minder goed werkt. Het lastige is alleen dat het hart al een tijd minder goed pompt, voordat patiënten er iets van merken.

    Betere kwaliteit van leven

    Mogelijk heeft Steensma een oplossing voor dit probleem. “Ik heb een radiostethoscoop ontworpen waarmee je simpel buiten het lichaam kunt meten hoe goed het bloed door het hart stroomt”, licht hij toe. “Ik ga onderzoeken of dit apparaat kan meten dat het hart minder goed pompt voordat hartfalenpatiënten klachten krijgen.”

    "Als dit lukt, kan je met dit apparaat mensen met hartfalen gemakkelijk thuis in de gaten te houden. Artsen kunnen dan tijdig beslissen of mensen bijvoorbeeld meer medicijnen nodig hebben om klachten te voorkomen. Dit verbetert de kwaliteit van leven van patiënten, maar bespaart ook veel ziekenhuisopnames."

    Opsporen

    Hartfalen is een ernstige ziekte die veel voorkomt, vooral bij mensen boven de 60 jaar. In Nederland leven zo’n 240.000 mensen met hartfalen. Vaak wordt de ziekte pas laat herkend. Dit terwijl op tijd behandelen belangrijk is. Naar schatting weten zo’n 255.000 mensen in Nederland niet dat zij hartfalen hebben.

    Bij hartfalen pompt het hart niet genoeg bloed rond. Dit geeft klachten als kortademigheid, vermoeidheid en vocht vasthouden. Naast het verbeteren van de diagnose en de behandeling van hartfalen, zet de Hartstichting zich er ook in voor in om mensen met hartfalen op te sporen. Zodat zij op tijd de juiste behandeling krijgen, voordat hun hart verder achteruit gaat.

  • Over de beurs

    Soort beurs: Postdoc
    Bedrag: 280.000 euro
    Looptijd: 3 jaar
    Waar: UMC Utrecht

Jason Voorneveld, Erasmus MC

Hartfalen vroegtijdig herkennen met supersnelle 3D echo.

Portret onderzoeker Jason Voorneveld Erasmus MC
  • Wat gaat Jason Voorneveld precies onderzoeken

    Kunnen we met een speciale echo-techniek hartfalen door een stijf hart zeer vroeg opsporen? Dat onderzoek dr. ir. Jason Voorneveld de komende jaren. Een vroege opsporing van deze ziekte maakt eerdere behandeling mogelijk.

    Stijve hartspier

    Ongeveer 120.000 mensen, meestal vrouwen, hebben hartfalen door een stijve hartspier. Het hart ontspant dan niet goed en kan zich niet goed vullen met bloed. Hierdoor pompt het hart te weinig zuurstofrijk bloed uit. Patiënten krijgen steeds minder energie. Zelfs dagelijkse dingen als boodschappen doen kunnen dan al te zwaar zijn.

    Hartfalen door een stijve hartspier is moeilijk te behandelen, ook omdat artsen de ziekte pas kunnen ontdekken als het hart al tijdje achteruit gaat. Op de gebruikelijke echo’s van het hart zijn vroege voortekenen van deze ziekte namelijk nog niet te zien.

    Als artsen de ziekte in een zeer vroeg stadium zouden kunnen opsporen, zijn patiënten nog te helpen. Artsen kunnen dan risicofactoren voor deze ziekte aanpakken, zoals suikerziekte en een hoge bloeddruk.

    Eerder opsporen

    Daarom gaat postdoc en biomedisch ingenieur Jason Voorneveld onderzoeken of je deze ziekte veel eerder op kunt sporen met een nieuwe supersnelle echo. “Deze techniek kan duizenden driedimensionale beelden per seconde maken van het hart, zodat je de bloedstroom en de bloeddruk in het hart kunt meten”, legt Jason uit. “De hoop is dat artsen met deze techniek veel eerder diagnoses kunnen stellen en kunnen controleren hoe goed behandelingen aanslaan.”

  • Over de beurs

    Soort beurs: Postdoc
    Bedrag: 280.000 euro
    Looptijd: 3 jaar
    Waar: Erasmus MC