Hartstichting.nl wordt geladen

Hartklep repareren

De eerste keuze is vaak om de hartklep te repareren. Bij een hartklepreparatie is de kans op complicaties namelijk kleiner. Hierbij brengt de arts de klep zo goed mogelijk terug naar de normale vorm. Dit kan bijvoorbeeld door het:

  • verwijderen van verkalkingen;
  • losmaken van vergroeide hartkleppen;
  • verkleinen van een uitgerekte klepring;
  • herstellen van uitgezakte klepslippen;
  • oprekken van een vernauwde klep met een ballonnetje.

Hartklep vervangen

Het vervangen van een hartklep gaat vaak via een openhartoperatie. Hierbij opent de chirurg het borstbeen, waardoor het hart vrij komt te liggen. Je wordt tijdens de operatie aangesloten op de hart-longmachine. Deze machine zorgt voor zuurstof en voeding voor het lichaam. Zo kan de chirurg de operatie op een stilstaand hart uitvoeren.

Na het vervangen van de hartklep, hecht de chirurg het borstbeen. Dit gebeurt met staaldraden, die de rest van je leven blijven zitten. Gemiddeld duurt een operatie 3 tot 5 uur.

Risico's

Iedere operatie kent risico’s. De grootte van de risico's hangt af van verschillende dingen. Bijvoorbeeld de toestand van je hart en andere organen op het moment van de operatie. De belangrijkste risico’s zijn:

  • bloeding;
  • infectie;
  • hart- of herseninfarct;
  • harttamponade;
  • hartritmestoornissen;
  • acute nierschade.

Soorten hartkleppen

Bij het vervangen van de hartklep zijn er 2 mogelijkheden: een mechanische klep of een biologische klep. Bekijk de voordelen en nadelen of gebruik de keuzehulp.

  • Mechanische hartkleppen

    Mechanische kleppen zijn gemaakt van kunststof en metaal of koolstof.

    Voordelen

    • Er is nauwelijks slijtage.
    • De klep gaat meestal levenslang mee.

    Nadelen

    • Je moet levenslang antistollingsmedicijnen gebruiken.
    • Sommige kleppen maken een tikkend geluid.
  • Biologische hartkleppen

    Er zijn 2 soorten biologische kleppen. Het zijn donorkleppen van mensen of ze zijn gemaakt van dierlijk materiaal.

    Voordelen

    • Je hebt geen levenslange antistolling nodig (wel nog eerste 3 maanden na de operatie).
    • De klep lijkt meer op de eigen klep dan een mechanische klep.
    • Ze maken geen geluid.

    Nadelen

    • Na ongeveer 10 tot 20 jaar moet de klep vervangen worden. Vooral bij jongere patiënten is later vaak nog een hartklepoperatie nodig.
    • Menselijke donorkleppen zijn zeldzaam. Niet alle maten zijn direct beschikbaar.
  • Keuzehulp

    Twijfel je welke klep voor jou het meest geschikt is? Gebruik dan de digitale keuzehulp (eerst inloggen). Hiermee zet je de mogelijkheden voor het vervangen van een hartklep op een rij. Zo kun je het gesprek met je arts goed voorbereiden. Hierdoor kun je samen een goede keuze te maken.

Klepvervanging via een kleinere opening

Soms kan de openhartoperatie via een kleinere opening worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld via een kleinere snee op het borsbeen of via een kijkoperatie. Dit heet 'minimaal invasief'. Of dit mogelijk is hangt af van de hartklepafwijking en ervaring van het hartchirurgische centrum. Het hart wordt ook bij deze operaties tijdelijk stilgelegd. Een beademingsmachine ondersteunt de ademhaling.

Aortaklepvervanging via kleinere opening

Het vervangen van de aortaklep via een kleinere opening heet ook wel TAVI. Dit staat voor 'Transcatheter Aortic Valve Implantation'. De operatie gaat meestal via een katheter via de lies. Soms gaat de operatie via de sleutelbeenslagader, lichaamsslagader of de punt van het hart. Bij de behandeling rekken ze de oude klep met een ballonnetje op en drukken die opzij. Daarna wordt de biologische opgerolde klep via een katheter in de oude klep gebracht en uitgevouwen. De operatie duurt meestal 2 tot 3 uur, maar soms langer.

Na de operatie blijf je meestal 5 tot 10 dagen in het ziekenhuis. Thuis moet je in de eerste week rustig aan doen. Ook moet je opletten met tillen en zwaar werk.

De chirurg brengt de vervangende klep via de punt van het hart naar de plaats van de eigen aortaklep. Vervolgens ontplooit hij de nieuwe klep met een ballon. Het is niet noodzakelijk om de eigen aortaklep te verwijderen.

  • Risico's

    Het vervangen van een aortaklep via een kleinere opening heeft een paar risico's. Dit zijn:

    • koorts;
    • een bloeding in het hartzakje;
    • een bloeding in de liesslagader;
    • kans op hartritmestoornissen (uit voorzorg wordt een tijdelijke pacemaker geplaatst).
  • Wie komt er in aanmerking?

    Voor deze operatie komen niet zoveel mensen in aanmerking. De operatie wordt vaker gedaan bij mensen die ook andere ziekten hebben. Bijvoorbeeld hartproblemen, longziektes of nierziektes.

Mitralisklepbehandeling via kleinere opening

Een lekkende mitralisklep kan behandeld worden met een MitraClip. Dit verhelpt het lekken niet helemaal, maar vermindert de klachten wel. Het plaatsen van een MitraClip gaat via de lies. Het vervangen van de mitralisklep via een kleine opening kan via de lies. Ook kan dit via kleine opening in het borstkas.

  • MitraClip plaatsen

    De arts kan een mitralisclip plaatsen via een katheterbehandeling via de lies. De mitralisclip of mitraclip is een soort klemmetje dat na plaatsing de lekkage minder maakt. Dit wordt vaak gedaan bij mensen die te zwak zijn voor een grote operatie. Het plaatsen van een mitralisclip lost de lekkage niet helemaal op. De klachten worden wel minder.

  • Vervangen klep via 'sleutelgat' (MIMC)

    Een mitralisklepvervanging via een kleine opening (sleutelgat) wordt ook 'Minimaal Invasieve Mitraalklep Chirurgie' of 'MIMC' genoemd. De chirurg maakt een kleine snee in de rechterborstplooi. Daarna opent de chirurg de borstholte, als een soort sleutelgat. De chirurg plaats een camera in de borstholte. Dit helpt om alles goed te zien tijdens de operatie. De chirurg repareert of vervangt de klep via de linkerboezem. Er wordt een tijdelijke pacemakerdraad op de onderwand van de rechterkamer gehecht. Tijdens de operatie wordt het hart stilgelegd. Daarom is er een hart-longmachine nodig.

    Het verschil met een openhartoperatie

    De operatie verloopt hetzelfde als een openhartoperatie. Ook de resultaten zijn vergelijkbaar. Het grootste verschil is dat de opening in de borstkas kleiner is. Dit heeft verschillende voordelen, namelijk:

    • minder pijn na de operatie;
    • sneller herstel;
    • kleinere littekens.

    Wie komt er in aanmerking?

    Over het algemeen komt iedereen die een operatie aan de mitralisklep nodig heeft in aanmerking. Ook operaties aan de tricuspidaalklep zijn op deze manier mogelijk. De aortaklep is op deze manier niet bereikbaar. De cardiochirurg beslist samen met de patiënt op welke manier de operatie wordt gedaan.

Thuis na een hartklepoperatie

Na een hartklepoperatie duurt het even tot je weer de oude bent.

  • Wanneer arts waarschuwen?

    Na thuiskomst kun je last houden of krijgen van klachten. Bel je huisarts of cardioloog bij:

    • koorts (boven 38,5 graden);
    • pijn aan de operatiewond die erger wordt;
    • een snelle of onregelmatige hartslag;
    • erger wordende kortademigheid;
    • pijn op de borst, zoals voor de operatie;
    • meer hoesten en het opgeven van slijm.

    Bij klachten is het het beste om eerst de huisarts bellen. Neem in noodgevallen of bij twijfel contact op met je eigen cardioloog of het hartcentrum. Vraag bij het ontslaggesprek in het ziekenhuis wie en wanneer je moet bellen.

  • Opbouw dagelijkse activiteiten

    De eerste 6 weken mag je geen zware dingen tillen of kracht zetten. Pas op met zwaardere klussen in huis, zoals stofzuigen, boodschappen tillen en grasmaaien. Regel vooraf zorg aan huis als niemand deze taken over kan nemen. Het advies is om de eerste 7 dagen na de operatie niet alleen te zijn.

    Bouw de dagelijkse activiteiten langzaam op:

    • Een stukje wandelen in eigen tempo. Loop steeds iets verder als je geen klachten hebt.
    • Fietsen mag meestal 4 tot 6 weken na de operatie, op een hometrainer iets eerder.
    • Begin met licht werk in huis.
    • Vermijd stressvolle situaties en spanning.

    De eerste weken mag je niet intensief sporten. Overleg met je cardioloog wanneer dit weer mag. Dit hangt af van je herstel en je conditie voor de operatie.

  • Seksualiteit

    De inspanning van vrijen is te vergelijken met 2 trappen oplopen, fietsen of tuinieren. Geven deze activiteiten geen klachten? Dan vormt vrijen ook geen risico voor het hart. Vrijen na een grote operatie is soms even wennen en anders dan ervoor. Dat komt voor een deel doordat sommige medicijnen zorgen voor erectieproblemen of een droge vagina.

  • Autorijden

    Heb je kort geleden een hartklepoperatie gehad? Dan ben je misschien nog sneller moe of heb je pijn op de plek van de operatiewond. Hierdoor reageer je mogelijk minder goed. Dat kan gevaarlijk zijn voor jezelf en voor anderen in het verkeer. Daarom gelden er extra regels als je weer wil autorijden. Soms is een keuring door het CBR nodig voordat je de weg weer op mag. Bespreek dit met je cardioloog. 

    Tip! Mag je weer rijden? Vraag de eerste keer dan iemand mee. Kies ook voor een rustige tijd en een bekende route. Zo krijg je weer vertrouwen.

  • Hartrevalidatie

    Na een hartklepoperatie is hartrevalidatie nuttig. Dit bestaat uit:

    • sport- en spelactiviteiten om de lichamelijke conditie op te bouwen;
    • voorlichting over een gezonde leefstijl;
    • psychosociale ondersteuning.

     

    Je cardioloog kan je doorverwijzen voor hartrevalidatie. Door deel te nemen leert je je eigen grenzen kennen. Ook verbetert je conditie en vermindert de angst voor inspanning. 

  • Weer aan het werk

    Vaak kun je na een tijdje weer werken. Je bespreekt met de bedrijfsarts hoe en wanneer je weer gaat werken. Lukt het toch niet om je oude werk te doen? Bespreek dan met je werkgever of je minder uren kunt werken. Je kunt ook bespreken of je taken aangepast kunnen worden.

Meer over hartklepaandoeningen?

Vraag dan onze gratis folder aan. Hierin lees je alles over hartklepaandoeningen.
iPad met een foto van een wandelend stel

Stel je vraag aan onze voorlichters

  • Chat via de chatknop onder in beeld (10.00 tot 16.30 uur)
  • Bel met een voorlichter: 0900 3000 300 (9.00 - 13.00 uur, € 0,05 per minuut)

We zijn bereikbaar van maandag t/m donderdag